written by
Inge Braem

Vanaf 2020 hogere vrijstelling BV voor werken in onroerende staat

1 min

Werkgevers die werken in onroerende staat uitvoeren, kunnen voor een gedeeltelijke vrijstelling van bedrijfsvoorheffing in aanmerking komen indien hun werknemers:

  • tenminste 1/3 van hun arbeidstijd tewerkgesteld worden op werven, in een groep van minstens 2; en
  • elke werknemer van deze ploeg een bruto minimumuurloon van € 13,99 (bedrag 2019) ontvangt. Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd. De toekenning van dit uurloon is een absoluut minimum om de vrijstelling te genieten. De toekenning van een ploegenpremie zonder dat het uurloon wordt gerespecteerd, volstaat niet om de vrijstelling te genieten.

Indien de werkgever aan de voorwaarden voldoet, dient hij een deel van de bedrijfsvoorheffing die hij moet inhouden op de lonen van de betrokken werknemers, niet door te storten aan de fiscus.

In 2018 ging het om 3% van de belastbare bezoldigingen van de betrokken werknemers.

Vanaf 1 januari 2019 werd het percentage opgetrokken tot 6%.

Vanaf 1 januari 2020 wordt het percentage opgetrokken tot 18%.

onroerende staat vrijstelling BV