In 2014 werd het eenheidsstatuut ingevoerd om het verschil tussen arbeiders en bedienden weg te werken. Voor werknemers van wie de arbeidsovereenkomst is gestart vóór 1 januari 2014 wordt de opzeggingstermijn in principe berekend volgens het kliksysteem in twee delen, die moeten worden samengeteld.
In deel I moet de opzeggingstermijn worden berekend alsof de werknemer op 31 december 2013 uit dienst zou gaan volgens de opzeggingstermijnen die toen van toepassing waren.
In deel II wordt de opgebouwde opzeggingstermijn vanaf 1 januari 2014 berekend. Dit gebeurt aan de hand van een specifieke tabel die ook van toepassing is voor indiensttredingen vanaf 1 januari 2014. De anciënniteit van de werknemer wordt hierbij op 1 januari 2014 fictief op 0 gezet.
Wanneer een werknemer, die voor zijn opzeggingstermijn onder het kliksysteem valt, in 2023 wordt ontslagen, bestaat deel II van de termijn uit 30 weken. In 2024 verhoogt dit naar 33 weken. De opzeggingstermijn zal voor deze werknemers dus opnieuw met drie weken verhogen.
Bron: Wet van 26 december 2013 betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen, BS 31 december 2013.