Eind september 2024 werd een nieuw Vlaams Regeerakkoord gesloten met de beleidsprioriteiten voor de periode 2024 - 2029. Een aantal maatregelen uit dit Vlaams Regeerakkoord werden intussen uitgevoerd door een ontwerp van programmadecreet bij de begrotingsopmaak 2025, dat op 8 november 2024 werd goedgekeurd door de Vlaamse Regering.
Hieronder vind je een overzicht van de verschillende maatregelen:
1. Vlaams opleidingsverlof
Gemeenschappelijk initiatiefrecht
Sinds het schooljaar 2021-2022 kunnen zowel de werkgever als de werknemer het initiatief tot het volgen van een opleiding nemen. Vanaf 1 september 2025 wordt dit tijdelijk experiment nu structureel verankerd.
Arbeidsmarktgerichte opleidingen
De arbeidsmarktgerichte opleidingen worden uitgebreid tot alle beroepskwalificerende trajecten erkend door de Vlaamse Gemeenschap.
Bedrijfsinterne opleidingen
Voor de opleidingen, die goedgekeurd zijn door de Vlaamse opleidingscommissie of door het bevoegde paritaire comité wat de opleidingen per bedrijfstak betreft, wordt er een extra voorwaarde voorzien, nl. een gunstig vooradvies over de arbeidsmarktgerichtheid van de opleiding.
2. Doelgroepvermindering oudere zittende werknemers
De doelgroepvermindering voor oudere zittende werknemers werd afgeschaft sinds 1 juli 2024.
Enkel voor werknemers die ten laatste op 30 juni 2024 ten minste de leeftijd van 62 jaar bereikten, werd voorzien in een overgangsmaatregel. Voor hen kan de werkgever tot en met 30 juni 2028 een RSZ-vermindering van maximum € 1.500 per kwartaal genieten.
De nieuwe Vlaamse Regering is van mening dat de krapte op de arbeidsmarkt de toepassing van deze RSZ-vermindering niet langer verantwoordt.
De doelgroepvermindering voor oudere zittende werknemers wordt dan ook vervroegd stopgezet op 30 juni 2025.
3. Doelgroepvermindering huispersoneel
De natuurlijke personen, die sinds 1 januari 1980 niet onderworpen zijn geweest aan de socialezekerheidswet van 27 juni 1969 wegens tewerkstelling van dienstboden, en die een eerste werknemer in de hoedanigheid van huispersoneel, onderworpen aan de socialezekerheidswet, in dienst nemen, kunnen genieten van een RSZ-vermindering.
Deze doelgroepvermindering werd in het Waals Gewest reeds definitief stopgezet op 30 juni 2020.
De nieuwe Vlaamse Regering is van oordeel dat de maatregel momenteel van toepassing is op een beperkt aantal VTE’s en dat de dienstencheques een goed alternatief zijn om de combinatie arbeid-gezin te verbeteren.
Daarom wordt deze doelgroepvermindering stopgezet vanaf 1 januari 2025.
4. Gesubsidieerde contractuelen (GESCO’s)
Een GESCO is een gesubsidieerde contractueel voor wie de werkgever een premie en een RSZ-vermindering kreeg. De maatregel bestond om directe jobs te creëren voor werklozen.
Sinds 1 januari 2016 bestaan er enkel nog uitdovende GESCO-projecten. Echter, in dat uitdoofscenario zou de laatste GESCO pas in 2052 met pensioen gaan. Daarom is de nieuwe Vlaamse regering van mening dat de kosten voor het administratieve beheer en de uitvoering van de maatregel steeds minder in verhouding staan tot de nog aanwezige gesubsidieerde arbeidsplaatsen.
De volgende maatregelen worden dan ook genomen:
- Vanaf 1 februari 2025 kunnen werkgevers geen bestaande GESCO-werknemers meer vervangen;
- Het Departement Werk en Sociale Economie zal vanaf 1 juli 2025 niet langer een loonpremie betalen;
- De doelgroepvermindering wordt stopgezet vanaf 1 juli 2025.
5. Derde arbeidscircuit (DAC)
Het Derde Arbeidscircuit (DAC) ontstond begin jaren ’80 en creëerde tot 30 juni 2012 jobs voor werklozen. Het doel was hen te laten doorstromen naar de reguliere arbeidsmarkt.
Sinds 30 juni 2012 worden er geen nieuwe DAC-werknemers meer aangeworven. Zodra alle werknemers uit dienst zijn getreden die vóór die datum werden aangeworven, dooft de maatregel volledig uit.
Aan het huidige uitdooftempo zou de laatste DAC’er pas in 2055 op pensioen gaan.
Omdat ook in dit geval de kosten niet in verhouding staan tot het aantal gesubsidieerde arbeidsplaatsen wordt er een opheffings- en vergoedingsregeling uitgewerkt. De datum van inwerkingtreding is echter nog niet gekend.
Bron: Ontwerp van programmadecreet van de begrotingsopmaak 2025.