Wanneer een werkgever de kosten van verwarming en/of elektriciteit van zijn werknemers ten laste neemt, ontstaat er een voordeel van alle aard.
Vanaf 2022 zal dit voordeel van alle aard enkel nog forfaitair geraamd mogen worden wanneer de werkgever samen met dit voordeel ook de woning waarvoor het voordeel wordt verleend, ter beschikking stelt.
De forfaits worden jaarlijks geïndexeerd. De nieuwe bedragen voor inkomstenjaar 2022 zijn momenteel nog niet gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Zodra dit het geval is, zullen we de aangepaste forfaits via onze nieuwsbrieven communiceren.
Wanneer de werkgever dus enkel tussenkomt in de kosten van verwarming en/of elektriciteit en niet ook de woning waarvoor het voordeel wordt verleend ter beschikking stelt, moet het voordeel dat voortvloeit uit het verstrekken van de verwarming en/of elektriciteit gewaardeerd worden tegen de werkelijke waarde.
Deze beperking treedt in werking op 1 januari 2022 en is van toepassing op de voordelen die vanaf diezelfde datum worden verleend.
Bron: Koninklijk Besluit van 19 december 2021 tot wijziging van artikel 18, § 3, van het KB/WIB 92 op het stuk van de forfaitaire raming van de voordelen van alle aard voor de kosteloze verstrekking van verwarming en van elektriciteit, BS 27 december 2021.