Op 25 april 2024 verscheen in het Belgisch Staatblad het koninklijk besluit dat het toepassingsgebied van de flexi-jobtewerkstelling retroactief wijzigt vanaf 1 april 2024.
Welke wijzigingen?
Een aantal sectoren of bepaalde werknemers worden retroactief uitgesloten van het toepassingsgebied van de flexi-jobtewerkstelling:
- het paritair comité voor de landbouw (PC 144);
- het paritair comité voor het tuinbouwbedrijf (PC 145), met uitzondering van werkgevers en werknemers van het tuinbouwbedrijf waarvan de activiteit bestaat uit (PC 145.04):
- het aanleggen en/of onderhouden van parken, tuinen, sportterreinen, recreatieterreinen, groene zones, begraafplaatsen, met inbegrip van begraafplaatsen van vreemde militairen in België;
- het aanleggen en/of onderhouden in eigen beheer van parken, tuinen, sportterreinen, recreatieterreinen of groene zones, wanneer de werklieden van de onderneming hoofdzakelijk aan deze activiteiten zijn tewerkgesteld;
- dienstboden en hun werkgevers die ressorteren onder paritair comité voor het beheer van gebouwen, de vastgoedmakelaars en de dienstboden (PC 323, met RSZ-werknemersgetallen 045 en 027 en RSZ-werkgeverscategorie 037).
Uitbreiding flexijobs
Daarnaast voorziet het koninklijk besluit ook een uitbreiding van het toepassingsgebied van de flexi-jobtewerkstelling tot:
- werknemers en werkgevers die ressorteren onder het paritair comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector (PC 331) met als hoofdactiviteit kinderopvang (NACE 88.91) of werkgevers die niet onder de cao-wet vallen (uit de publieke sector) en die als hoofdactiviteit kinderopvang hebben (NACE 88.91) en gevestigd zijn in het Nederlandse taalgebied of afhangen van de Vlaamse Gemeenschap op het grondgebied van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad;
- het Departement Onderwijs en Vorming van de Vlaamse Gemeenschap, voor wat betreft het personeel:
- in het officieel onderwijs of gesubsidieerd onderwijs door Vlaamse Gemeenschap waarvan de hoofdactiviteit beantwoordt aan de omschrijving van één van de NACE-codes 85.101, 85.102, 85.103, 85.105, 85.201, 85.202, 85.203, 85.205, 85.311, 85.312, 85.313, 85.321, 85.322, 85.323, 85.325, 85.410, 85.421, 85.591, 85.601 en 85.609, voor zover het bij de laatste code gaat om centrale, ondersteunende diensten van een onderwijsnet, – koepel of scholengroep;
- in het door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerd vrij onderwijs, voor zover het functies betreft waarvoor gewoonlijk gesubsidieerd personeel van werkgevers, die niet onder de cao-wet vallen (de publieke sector), wordt ingezet en waarvan de hoofdactiviteit van de gesubsidieerde inrichting valt onder één van de NACE-codes 85.104, 85.106, 85.204, 85.206, 85.314, 85.324, 85.326, 85.410, 85.422, 85.591, 85.601 en 85.609, voor zover het bij de laatste code gaat om centrale, ondersteunende diensten van een onderwijsnet, – koepel of scholengroep;
- de werknemers en werkgevers uit de sport- en cultuursector, voor zover de werkgevers niet ressorteren onder de cao-wet en hun hoofdactiviteit beantwoordt aan één van de NACE-codes 93.1 of 90, en gevestigd zijn in het Nederlandse taalgebied of afhangen van de Vlaamse Gemeenschap op het grondgebied van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad.
Opgelet: Bij werkgevers in de kinderopvang (PC 331) is het jaarlijks toegelaten totaal arbeidsvolume aan flexi-jobtewerkstelling bij de werkgever vanaf 1 juli 2024 beperkt tot maximaal 20 % van het totaal arbeidsvolume gepresteerd door alle werknemers bij die werkgever.
Bron: Koninklijk besluit van 18 april 2024 tot uitvoering van artikel 2, §§1 en 2, van de wet van 16 november 2015 houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken, met betrekking tot het toepassingsgebied van de flexi-jobs, BS 25 april 2024.